Iedereen kent het moment waarop je zonder echte honger ineens enorme zin krijgt in iets lekkers. Je zit te werken, voelt je prima, en toch lijkt de hele snacklade je naam te roepen. Dat gevoel is volgens neurowetenschappers niet te wijten aan zwakte, maar aan een brein dat simpelweg moe is.
De oorzaak ligt vooral in de prefrontale cortex, het deel van de hersenen dat je impulsen remt en helpt om verstandige keuzes te maken. Als dat gebied uitgeput raakt door drukte, stress, multitasken of een gebrek aan slaap, werkt die interne rem minder goed. Daardoor word je gevoeliger voor snelle beloningen, en snacks zijn precies dat: directe, makkelijke beloningsprikkels. Je brein kiest dan voor de kortste route naar energie en voldoening, waardoor je sneller naar iets lekkers grijpt.
Gelukkig kun je snackdrang verzachten zonder streng te zijn voor jezelf. Korte pauzes gedurende de dag houden je brein fris, net als het verminderen van multitasken. Eetmomenten plannen met voldoende eiwitten en complexe koolhydraten helpt om energiedips te voorkomen. En misschien wel het belangrijkst: goed slapen houdt je prefrontale cortex in conditie.
Snackdrang is dus helemaal geen teken van een gebrek aan discipline, maar een signaal dat je hoofd overbelast is. De volgende keer dat je toch naar de chips grijpt, kun je het zien als een vriendelijke reminder dat je brein even op adem wil komen.


Geef een reactie